De toevoer aansluiten

De toevoer kan naar wens worden gelokaliseerd in de gebieden die op de achterwand, beide zijwanden en het dak van het reservoir worden aangegeven.

Volg deze punten om de toevoer aan te sluiten:

  • Sluit de toevoer alleen aan in de weergegeven gebieden. Als u de toevoer buiten deze gebieden installeert, kan dit het volgende veroorzaken:
    • Lekkende aansluitingen
    • Terugstroom in de toevoerbuis
    • Verminderde werking van de opvoerinstallatie
  • Om een toenemende instroom of luchtinvoer in het verzamelreservoir te voorkomen, moet u de toevoer juist installeren.
  • VOORZICHTIG! Een toenemende instroom of de luchtinvoer in het verzamelreservoir kan leiden tot uitval van de opvoerinstallatie.
  • Om ervoor te zorgen dat de toevoerbuis uit zichzelf leegstroomt, moet u de toevoerbuis zodanig installeren dat deze een hellingsgraad heeft ten opzichte van de opvoerinstallatie.
  • Houd rekening met de minimale hoogte van de toevoer (van de vloer tot het midden van de toevoerbuis): 180 mm (7 in).
  • Zorg dat alle verbindingen goed vastgezet zijn.
  • Installeer een afsluitarmatuur in de toevoerbuis.

Volg deze punten om de toevoer aan te sluiten:

  • Sluit de toevoer alleen aan in de weergegeven gebieden. Als u de toevoer buiten deze gebieden installeert, kan dit het volgende veroorzaken:
    • Lekkende aansluitingen
    • Terugstroom in de toevoerbuis
    • Verminderde werking van de opvoerinstallatie
  • Om een toenemende instroom of luchtinvoer in het verzamelreservoir te voorkomen, moet u de toevoer juist installeren.
  • VOORZICHTIG! Een toenemende instroom of de luchtinvoer in het verzamelreservoir kan leiden tot uitval van de opvoerinstallatie.
  • Om ervoor te zorgen dat de toevoerbuis uit zichzelf leegstroomt, moet u de toevoerbuis zodanig installeren dat deze een hellingsgraad heeft ten opzichte van de opvoerinstallatie.
  • Houd rekening met de minimale hoogte van de toevoer (van de vloer tot het midden van de toevoerbuis): 180 mm (7 in).
  • Zorg dat alle verbindingen goed vastgezet zijn.
  • Installeer een afsluitarmatuur in de toevoerbuis.
Toevoergebieden
Toevoergebieden

1

Reservoirwand

2

Gatenzaag voor boor

3

Toeloopmanchet

4

Toevoerbuis

5

Buisklem

  1. De opvoerinstallatie is correct geïnstalleerd.
  2. Toevoerbuis is verbonden met het verzamelreservoir. De tekening wordt in acht genomen.
  3. Installatiematerialen zijn voorbereid:
    1 gatenzaag 124 mm (5 in)
    1 afdichting DN/OD 110
    1 buisklem
  1. Markeer de toevoer op het verzamelreservoir.
  2. Zaag het gat in de wand van het reservoir met behulp van de gatenzaag.
    Volg deze punten om het gat te boren:
    - Let op de afmeting van het toevoergebied. VOORZICHTIG! Het boorgat moet volledig binnen het gemarkeerde toevoergebied liggen.
    - Maximaal toerental van de boor: 200 tpm.
    - Controleer de diameter van het gat. LET OP! Zaag het gat voorzichtig. De lekdichtheid van de verbinding is afhankelijk van het boorgat.
    - Controleer of het zaagsel van de gatenzaag wegvallen. Indien het zaagsel aan de gatenzaag blijft zitten, zal het materiaal te snel opwarmen en gaan smelten. Indien het materiaal gaat smelten, volgt u de volgende instructies:
  3. Stop met zagen, laat het materiaal afkoelen en maak de gatenzaag schoon.
  4. Verlaag het toerental van de zaag.
  5. Pas de snelheid tijdens het zagen aan.
  6. Braam de rand van de zaagsnede af en maak deze glad.
  7. Plaats de afdichting in het gat.
  8. Druk de buisklem op de afdichting.
  9. Smeer de binnenkant van de manchet in met smeermiddel.
  10. Druk de toevoerbuis in de manchet.
    Druk de toevoerbuis 10 … 20 mm (0,4 … 0,8 in) in het verzamelreservoir.
  11. Neem de waardespecificatie in acht, anders kan de werking van de opvoerinstallatie worden aangetast.
  12. Maak de afdichting en de buis vast met de buisklem. Aandraaimoment: 5 Nm (3,7 ft·lb).
  1. De toevoer is aangesloten. Volgende stap: De ventilatieleiding aansluiten.
De toevoer aansluiten
De toevoer aansluiten