Regelingsmodus "Constante drukregeling p-c": 2x pompen, met druksensor

1

Inschakelpunt

2

1e Uitschakelpunt

3

2e Uitschakelpunt

De druksensor registreert de actuele drukwaarde. Afhankelijk van de ingestelde drempelwaarden worden de pompen in- en uitgeschakeld:

  • Als de druk in de installatie de inschakeldrempel onderschrijdt, worden beide pompen ingeschakeld.
  • Als de eerste uitschakeldrempel overschreden wordt, volgt de uitschakeling van de eerste pomp na de ingestelde uitschakelvertraging.
  • Als de tweede uitschakeldrempel overschreden wordt, volgt de uitschakeling van de tweede pomp na de ingestelde uitschakelvertraging.

Om te voorkomen dat de pomp droogloopt: installeer een extra vlotterschakelaar of elektrode in de put:

  • De pomp wordt uitgeschakeld als het droogloopniveau wordt overschreden. In het display verschijnt een foutmelding en er klinkt een alarm.
  • Als het droogloopniveau overschreden wordt, worden het alarm en de foutmelding automatisch gereset.
Functieschema
Functieschema

1

Actuele pompstatus

2

Reservepomp geactiveerd

3

Regelingsmodus

4

Actuele druk in het reservoir

6

Veldbus actief

Weergave scherm
Weergave scherm

Klemmenoverzicht

Functie

DR

-

-

-

-

-

Druksensor

-

Symbool klemmenoverzicht

Werking vlotterschakelaar

Contact boven

gesloten

-

Contact onder

open

-

Vereiste menu-instellingen

Menu en in te stellen waarde

LET OP! De weergegeven waarden in menu's 5.11 en 1.01 komen overeen met de fabrieksinstelling. Voer hier de specifieke waarden voor de installatie in.