Aanduiding van veiligheidsvoorschriften

In deze inbouw- en bedieningsvoorschriften worden veiligheidsvoorschriften ter voorkoming van materiële schade en letsel gebruikt. Deze veiligheidsvoorschriften worden op verschillende manieren weergegeven:

VOORZICHTIG

Soort en bron van het gevaar!

Effecten of informatie.

Signaalwoorden

Tekstmarkeringen

  1. Voorwaarde
  1. Werkstap/opsomming
  2. Aanwijzing/instructie
  1. Resultaat

Aanduiding van verwijzingen

De naam van het hoofdstuk of de tabel staat tussen enkele aanhalingstekens „ ”. Het paginanummer volgt daarna tussen vierkante haakjes [ ].

Symbolen

In deze inbouw- en bedieningsvoorschriften worden de volgende symbolen gebruikt:

Gevaar voor elektrische spanning

Gevaar door bacteriële infectie

Gevaar door explosieve atmosfeer

Algemeen gevarensymbool

Gevaar voor handletsel

Gevaar door hete oppervlakken

Gevaar door zwevende last

Persoonlijke beschermingsmiddelen: Veiligheidshelm dragen

Persoonlijke beschermingsmiddelen: Voetbescherming dragen

Persoonlijke beschermingsmiddelen: Handbescherming dragen

Persoonlijke beschermingsmiddelen: Opvanggordel dragen

Persoonlijke beschermingsmiddelen: Mondbescherming dragen

Persoonlijke beschermingsmiddelen: Veiligheidsbril dragen

Algemeen verbodsteken. Neem de aanwijzingen in acht!

Nuttige aanwijzing