Propellerbladen monteren

1

Vlakke afdichting

6

Draadeinde

2

Naaf (opneemlichaam)

7

Onderlegschijf

3

Inzetdeel

8

Zeskantmoer

4

Propellerbladen

9

Zeskant-tegenmoer

5

Boorgat voor inzetdeel

  1. De aandrijfeenheid is met de eerder gemonteerde roerwerkas en naaf stevig verankerd op de draagconstructie.
  2. De propellerbladen en benodigde inzetdelen zijn beschikbaar.
  3. De hoekinstelling is gedefinieerd.
  4. De stuwrichting is gedefinieerd.
  5. Er zijn draaimomentsleutels met sleutelwijdte 55 en 750 Nm (553 ft·lb) beschikbaar.
  6. Voer de werkzaamheden met twee personen uit.
  1. Steek het inzetdeel aan de zijkant in het boorgat.
    LET OP! Let op de ingegraveerde hoekvermelding op het inzetdeel. De hoekvermelding moet zichtbaar zijn nadat het inzetdeel erin is gestoken.
    LET OP! Let op de uitlijning van de propellerbladen ten opzichte van de stuwrichting!
  2. Zet de vlakke afdichting erop.
  3. Steek de propellerbladen met het draadeinde in de daarvoor bestemde opname van de naaf en houd deze vast. LET OP! Het inzetdeel moet in de daarvoor bestemde uitsparing van de naaf vastklikken.
  4. Schuif de onderlegschijf op het draadeinde.
  5. Draai de zeskantmoer op het draadeinde en draai deze handvast aan.
  6. Draai de zeskantmoer vast met een draaimomentsleutel. Aandraaimoment: 750 Nm (553 ft·lb).
  7. Draai de zeskant-tegenmoer op het draadeinde en draai deze handvast aan.
  8. Draai de zeskant-tegenmoer vast met een draaimomentsleutel. Aandraaimoment: 750 Nm (553 ft·lb).
  9. Herhaal deze stappen voor elk propellerblad.
  10. Controleer of alle propellerbladen goed vastzitten.
  1. De propellerbladen zijn gemonteerd. Monteer de afdekkap.
Propeller monteren
Propeller monteren