Bewakingsinrichtingen
Overzicht van de keuze aan bewakingsinrichtingen voor dompelmotor-roerwerken zonder Ex-goedkeuring:
OPTI-TR 20-1 ... | EXCEL-TRE 20 ... | OPTI-TR 22 ... | OPTI-TR 28-1 ... | OPTI-TR 30-1 ... | EXCEL-TRE 30 ... | OPTI-TR 40-1 ... | EXCEL-TRE 40 ... | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Motorruimte | o | o | − | o | − | − | − | − |
Motor-/afdichtingsruimte | − | − | o | − | o | o | o | o |
Afdichtingsruimte (externe staafelektrode) | o | o | o | o | o | o | o | o |
Motorwikkeling: Temperatuurbegrenzing | • | • | • | • | • | • | • | • |
Motorwikkeling: Temperatuurregeling en -begrenzing | o | o | o | o | o | o | o | o |
Legenda
− = niet mogelijk, o = optioneel, • = seriematig
Overzicht van de keuze aan bewakingsinrichtingen voor dompelmotor-roerwerken met Ex-goedkeuring:
Type | OPTI-TR 20-1 ... | EXCEL-TRE 20 ... | OPTI-TR 22 ... | OPTI-TR 28-1 ... | OPTI-TR 30-1 ... | EXCEL-TRE 30 ... | OPTI-TR 40-1 ... | EXCEL-TRE 40 ... |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Motorruimte | o | o | − | o | − | − | − | − |
Afdichtingsruimte (externe staafelektrode) | o | o | o | o | o | o | o | o |
Met ATEX-certificering | ||||||||
Motorwikkeling: Temperatuurbegrenzing | o | o | o | o | o | o | o | o |
Motorwikkeling: Temperatuurregeling en -begrenzing | • | • | • | • | • | • | • | • |
Met FM-/CSA-Ex-goedkeuring | ||||||||
Motorwikkeling: Temperatuurbegrenzing | • | • | • | • | • | • | • | • |
Motorwikkeling: Temperatuurregeling en -begrenzing | o | o | o | o | o | o | o | o |
Legenda
− = niet mogelijk, o = optioneel, • = seriematig
Alle aanwezige bewakingsapparaten moeten altijd worden aangesloten!
Bewaking motorruimte
De motorruimtebewaking beschermt de motorwikkeling tegen kortsluiting. De vochtmeting vindt plaats met behulp van een elektrode.
Bewaking motor- en afdichtingsruimte
De motorruimtebewaking beschermt de motorwikkeling tegen kortsluiting. De bewaking van de afdichtingsruimte registreert het binnendringen van het medium via de mechanische afdichting aan de mediumzijde. De vochtmeting vindt plaats in de motor en afdichtingsruimte met behulp van een elektrode.
Bewaking motorwikkeling
De thermische motorbewaking beschermt de motorwikkeling tegen oververhitting. Een temperatuurbegrenzing met bimetaalsensor is standaard gemonteerd. Als de werktemperatuur is bereikt, moet deze met een herstartblokkering worden uitgeschakeld.
Optioneel kan de temperatuurregistratie ook met PTC-sensor gebeuren. Bovendien kan de thermische motorbewaking ook als temperatuurregeling worden uitgevoerd. Daarmee kunt u twee temperaturen meten. Als de werktemperatuur wordt bereikt, kan na het afkoelen van de motor een automatische herinschakeling plaatsvinden. Pas bij het bereiken van de hoge werktemperatuur moet een uitschakeling met herinschakelblokkering plaatsvinden.
Externe bewaking afdichtingsruimte
De afdichtingsruimte kan van een externe staafelektrode worden voorzien. De elektrode registreert het binnendringen van het medium via de mechanische afdichting aan de mediumzijde. Hiermee kan via de pompbesturing een alarm worden geactiveerd of de pomp worden uitgeschakeld.