Vergrendeling aan

De vergrendeling voorkomt verstellen van de ingestelde pompparameter door onbevoegde personen.

Onder „Instellingen”

  1. „Apparaatinstelling”
  2. „Vergrendeling aan”
  3. kan de vergrendeling worden geactiveerd.

Gelijktijdig drukken (> 5 seconden) van de „Terug”- en „Context”- toets deactiveert de vergrendeling.

LET OP

Een vergrendeling kan ook via de digitale ingangen DI 1 en DI 2 worden geactiveerd (zie hoofdstuk „Toepassing en functie van de digitale stuuringangen DI 1 en DI 2”).
Wanneer de vergrendeling via de digitale ingangen DI 1 of DI 2 is geactiveerd, kan de deactivering ook alleen via de digitale ingangen gebeuren! Een toetsencombinatie is niet mogelijk!

Bij geactiveerde vergrendeling worden het startscherm en ook waarschuwingen en foutmeldingen nog steeds weergegeven, om de pompstatus te kunnen controleren.

De actieve vergrendeling is op het startscherm door een slotsymbool herkenbaar.