Uitrichten van de motorkop

Afhankelijk van de inbouwpositie moet de motorkop worden uitgelijnd.

  • Controleer de toegestane inbouwposities.
Toegestane inbouwposities
Toegestane inbouwposities

LET OP

Altijd de motorkop draaien voordat de installatie is gevuld!

Afhankelijk van het pomptype zijn verschillende procedures noodzakelijk.
Situatie 1: Toegang tot de motorbevestigingsbouten is bemoeilijkt.

Enkelpomp

  1. Warmte-isolatie demonteren door uit elkaar trekken van de beide halve schalen.
  2. Stekker van de sensorkabel voorzichtig van de regelmodule trekken.
  3. Sensorkabel uit de kabelclips losmaken.
  4. Kabelclips met behulp van een schroevendraaier voorzichtig van de motorbevestigingsbouten tillen en opzij leggen.
  5. GEVAAR

    danger

    Levensgevaar door elektrische schok! Generator- of turbinebedrijf bij doorstroming van de pomp!

    Ook zonder module (zonder elektrische aansluiting) kan op de motorcontacten een spanning staan die bij aanraking gevaarlijk kan zijn!

  6. Schroeven van het moduledeksel (HMI) losdraaien.
  7. Moduledeksel inclusief display afnemen en veilig wegleggen.
  8. Inbusbouten M4 in de regelmodule losmaken.
  9. Regelmodule van de motor lostrekken.
  10. Eventueel kabellus losmaken door verwijderen van de kabelbinder.
  11. Bouten aan het motorhuis losmaken en motorkop voorzichtig draaien. Niet uit het pomphuis halen.
  12. Motor draaien
    Motor draaien
  13. WAARSCHUWING

    Materiële schade!

    Schade aan de afdichting of een verdraaide afdichting leidt tot lekkage. Afdichting eventueel vervangen!

  14. Vervolgens motorbevestigingsbouten kruislings aanhalen. Aandraaimomenten in acht nemen! (Tabel „Aandraaimomenten”)
  15. Regelmodule op de motorkop plaatsen (geleidepennen geven de exacte positie aan).
  16. Regelmodule met inbusbouten M4 bevestigen. (draaimoment 1,2 ± 0,2 Nm)
  17. Moduledeksel inclusief display met de positiestaven naar voren in de groeven voeren, afdekking dichtklappen en met bouten bevestigen.
  18. VOORZICHTIG

    caution

    Warme onderdelen!

    Beschadiging van de sensorkabel door warme motorkop!

    Sensorkabel zo leggen en door de kabelclips leiden, dat de kabel de motorkop niet raakt.

  19. Stekker van de sensorkabel in de aansluiting in de module steken.
  20. Kabelclips op twee motorbevestigingsbouten drukken.
  21. Sensorkabel in de voorziene kabelgeleiding van de kabelclips drukken.
  22. Beide halve schalen van de warmte-isolatie om het pomphuis leggen en samendrukken.

Situatie 2: Toegang tot de motorbevestigingsbouten is goed bereikbaar.

  • Stap 1 tot 4, 10 tot 11 en 15 tot 18 na elkaar uitvoeren.
    Stappen 5 tot 9 en 12 tot 14 kunnen vervallen.

Dubbelpomp

LET OP

Altijd de motorkop draaien voordat de installatie is gevuld!

Wanneer één of beide motorkoppen moeten worden gedraaid, het dubbelpompkanaal, dat beide regelmodules met elkaar verbindt, losmaken.

Stappen zoals bij de enkelpomp beschreven uitvoeren:

Situatie 1: Toegang tot de motorbevestigingsbouten is bemoeilijkt.

  • Stap 2 tot 17 na elkaar uitvoeren.

Situatie 2: Toegang tot de motorbevestigingsbouten is goed bereikbaar.

  • Stap 2 tot 3, 9 tot 11 en 15 tot 17 na elkaar uitvoeren.
    Stappen 1, 4 tot 8, 12 tot 14 en 18 kunnen vervallen.

Beide regelmodules opnieuw verbinden met het dubbelpompkanaal. Eventueel kabellus losmaken door verwijderen van de kabelbinder.

Aandraaimomenten van de motorbevestigingsschroeven

Aandraaimomenten

Schroef

Aandraaimomenten [Nm]

M6x18

8 - 10

M6x22

8 - 10

M10x30

18 - 20